Grappig hoor! Door zo’n verhuizing naar een ver land leer je ineens allerlei nieuwe dingen over jezelf. Dat ik niet altijd even tolerant ben bijvoorbeeld, ten opzichte van mensen met andere gewoontes en gebruiken. Ik dacht altijd dat ik heel ruimdenkend was, maar dat valt dus tegen. Omdat Bauke extreem tolerant is, springt dat ook nog eens extra in het oog. Sterker nog: Bauke’s hoge tolerantieniveau werkt bij mij soms zelfs tolerantieverlagend omdat hij - als ik me erger - vindt dat ik me niet zo zou moeten ergeren (dat zegt hij dan niet met zoveel woorden, want zo verdraagzaam is hij, maar ik ken hem inmiddels) waardoor ik extra geërgerd raak. Of zoiets.
Hoe dan ook, de kwalificatie “Tolerante Nederlander” gaat voor mij dus niet op. Maar alles is natuurlijk ook weer relatief, het is maar net wat of wie je ertegenover stelt. Zo ben ik er sinds onze verhuizing naar Hong Kong bijvoorbeeld tevens achter dat ik helemaal geen lompe Hollander ben. Hoezo trouwens: “lompe Hollanders”? Chinezen: die zijn pas lomp! Ze dringen voor, duwen je opzij en doen of je niet bestaat. Het is werkelijk met geen pen te beschrijven - al zal ik natuurlijk toch een poging wagen. Negen van de tien keer dat ik me hier erger, erger ik me aan het gedrag van een lompe Chinees.
Bijvoorbeeld?
1 Een Chinees laat de deur achter zich in mijn gezicht dichtvallen, terwijl ik met twee volle booschappentassen, een kind in kinderwagen en een ontploft hoofd aan kom strompelen.
2 Ik sta in mijn eentje op een lift te wachten met twee volle boodschappentassen en een kind in kinderwagen. Na een tijdje staan er ook een stuk of wat Chinezen. Als de lift komt, duwen ze mij, mijn kind in kinderwagen en mijn twee volle boodschappentassen opzij, om vóór mij de lift in te kunnen gaan.
3 Ik sta, met alweer twee volle boodschappentassen en een kind in kinderwagen, te wachten op de metro. Als de overvolle metro arriveert, werpt iedereen zich vóór mij in de metro. Zelfs als mijn kind in kinderwagen inmiddels ín de metro staat, en ik nog half daarbuiten op het perron, proberen Chinezen zich nog tussen mij en mijn kind in kinderwagen te wurmen om vóór mij de metro in te kunnen.
4 Ik sta dus met die twee volle boodschappentassen en een kind in kinderwagen in de metro. Als ik mijn bestemming heb bereikt en de metro wil verlaten, klimmen mensen achter mij over mij, mijn kind in kinderwagen en mijn twee volle boodschappentassen heen, om de metro eerder uit te kunnen dan ik - terwijl Chinezen voor mij op het perron hetzelfde doen, maar dan om de metro ín te komen.
5 Ik neem een taxi. Ik moet de kinderwagen inklappen en de taxi in krijgen en ondertussen zorgen dat Bibi niet in d’r eentje wegwandelt en ergens een portie gebakken kippenvoeten bestelt. De chauffeur blijft op zijn Chinese krent zitten en kijkt ondertussen over zijn schouder toe hoe ik dit ga klaarspelen.
6 Zelfde als bij 5 - maar dan bij het uitstappen.
7 Ik, want geen lompe Chinees maar zeer attente Hollander, houd de deur open voor een Chinees achter mij. Die doet vervolgens alsof ik de deurman ben en loopt zonder blikken of blozen door terwijl ik verbaasd achterblijf – met de deur nog steeds in mijn hand.
8 Ik sta (nota bene als enige!) in een winkel bij de kassa om iets af te rekenen. Een aangewandelde Chinese dame acteert dat ik er niet ben en dringt voor.
9 Ik sta bij een stoplicht te wachten op groen. Mensen die aan komen lopen sluiten niet achter mij aan, maar gaan voor mij staan, zodat ze eerder kunnen oversteken dan ik. Omdat ik al min of meer op de stoeprand sta en ik uit principe niet naar achter wil uitwijken, betekent dit dat mijn neus in het haar van een Chinees wordt gedrukt – wat de Chinees overigens niet lijkt te deren.
(10 Bauke zegt: “Het is nu eenmaal een andere cultuur”.)
Ik overdrijf niet. Echt niet. Eerlijk niet.
Ergernissen (1 tot en met 9) schijnen bij het integratieproces te horen, dus die moet ik als expat-vrouw misschien voor lief nemen. Maar omdat ik behalve intolerant ook licht ontvlambaar ben, moet ik daarnaast regelmatig de neiging onderdrukken om eens flink om me heen te meppen - en dat kan toch niet helemaal de bedoeling zijn. In de praktijk hou ik me natuurlijk in en blijft het bij binnensmonds gegrom in het Nederlands (“hmppffgrr… lekker attent die Chinezen”) en een vinnige blik richting de lompe Chinees in kwestie: een Gezonde Hollandse Reactie, zou je zeggen, maar omdat het tonen van negatieve emoties in het openbaar hier
not done is, ga ik daarmee eigenlijk al over de grens van het betamelijke heen.
Enfin. Het valt soms niet mee hoor. En als ik me dan een beetje wil beklagen bij mijn echtgenoot (omdat het gewoon ontzettend ongezond is om je niet te uiten) en hij reageert met “het is nu eenmaal een andere cultuur”, dan denk ik wel eens: ik ga geloof ik maar met mijn
beruhigende Lavendel Anti-Stress-Erlebnis in een heet bad zitten, medeleven zoeken bij mijn intolerante grote teen.
Maar verder hebben we het hier natuurlijk heerlijk met elkaar.