woensdag 24 juni 2009

Linda gastblogt: Thuis bij Sanne

‘T was bij de zeeleeuwen van Artis. Ik zag nog net een vis in een bek verdwijnen toen Sanne haar keel schraapte en plomverloren zei: ‘Wij gaan waarschijnlijk naar Hong Kong’. Een paar maanden later was het echt zo. En weer een paar weken later vond ik het normaal om bij elkaar langs te gaan via de skype. En weer een paar maanden later stapte ik in een vliegtuig om ‘even langs te wippen’.

Dat was vorige week. Eindelijk live het catweazle-kapsel bewonderen, er zelf ook een krijgen, de typische chinese geur opsnuiven (he, hier ruik je t alweer!), toch maar (chicken…) de gestoomde kippenvoeten afslaan, erachter komen dat in Hong Kong een junk een mooie boot is en geen platgespoten verslaafde, na tien liften roltrappen en metro’s geen idee meer hebben waar je bent, uitwaaien op de boulevard met uitzicht op de mooiste skyline, op de foto met V-vingers omdat het zo grappig is om dat nou ook eens te doen, kakelverse vis eten, je nek verrekken om de hoogste verdieping te kunnen zien, een prachtige wandeling maken op het eiland Lamma, ‘t stoom uit je oren zweten, eindeloos bijkletsen, de nieuwste mode mondkapjes bekijken (ze zijn er ook voor babies), nog meer hoge gebouwen op de foto zetten, de H&M leeg shoppen (ze hebben hier echt andere dingen dan thuis!), de gucci en prada winkels bekijken (beter niet kopen), markten afstruinen, vol bewondering Bauke de Bugoboo een steile heuvel op zien duwen (en nog een en nog een), sappige lychees eten, Formule 1 rijden met de taxi, slapen met de airco aan (of toch maar uit), elke keer weer verbaasd opkijken als iemand (een Chinees) een keiharde boer laat, bellen sms’en en skypen met thuis (raar zo aan de andere kant, maar heerlijk om beeld en geluid te hebben), dobberen in t zwembad (service van t huis), close ups maken van gigantische kakkerlakken en spinnen en natuurlijk baby-tv kijken met Bibi.

Stilzitten doen we in elk geval niet. Dat hebben we een andere vakantie al gedaan. Negen jaar geleden waren we samen op Mallorca. Op visite bij Sannes broer Wilco. Elke dag hadden we grote plannen met de Panda van Wilco. We gingen op avontuur, het eiland verkennen. Telkens kwamen we op weg naar de Panda het zwembad tegen. En de ligstoelen. Daar gingen we dan ‘toch maar even zitten’ en deden vervolgens de hele dag de mantra liggen, zwemmen, liggen, zwemmen. Ok, afgewisseld met een dagje beautyqueenen. Maskers op, haren in de conditioner en een harsstrip op mijn been. Wilco woont best ver van de eerste buren, maar ik weet zeker dat het hele dorp aan zee mijn schreeuw heeft gehoord. ‘Geeft niks’ zei Sanne ‘daar moet je even doorheen’. Op dezelfde plek nog een keer een rats. De schreeuw was nu ook hoorbaar op het vaste land. ‘Ok, misschien heb je toch een beetje een gevoelige huid…’ Nou ja gevoelig. Ik liep de rest van de vakantie met een rechthoekige blauwe plek op mijn bovenbeen (daar waren we voor de handigheid maar begonnen). De Panda hebben we nog een keer gebruikt: om een vuilniszak die er al drie dagen in lag nu toch maar echt weg te gooien (op dat moment hadden we die Hongkinese mondkapjes best goed kunnen gebruiken). O ja, en een keer om zonnebrand te halen.

Grappig genoeg zijn we nu mevrouwen met babies en lopen we heel Hong Kong af te struinen. Wat chronisch slaapgebrek al niet met je kan doen… Ik heb for old time’s sake nog wat gezichtsmaskers meegenomen (de hars thuisgelaten), maar tegen die wallen kan geen klei meer op, dus dat laten we verder maar zo. Betere remedie is een avondje op stap, heerlijk eten en een goede fles wijn. Met de taxi tussen de lichtjes door naar een drukke straat waar stiekem een trap achter verscholen ligt. En bovenaan die trap een mediterraan straatje met restaurantjes en terrassen. Het eerste drankje proosten we als de regen in tropische afmetingen naar beneden plettert. En wie had gedacht dat je in Hong Kong de heerlijkste italiaanse anti pasti kunt eten. Enige verschil is dat Vinnie hier een goedlachse Chinees is, maar verder smaakt de caprese toch echt als bij Lago di Como. Rond twaalf uur stommelen we zo zacht mogelijk de 29ste verdieping op. En zoeken we nog even op hoe die gozer van Candle Light nou ook alweer heette (ik zei Paul, Sanne Jan. Sanne had gelijk). Ook al heb ik twaalf uur in een vliegtuig gezeten, staan hier gebouwen van 70 verdiepingen (veel gebouwen van 70 verdiepingen en meer), mis ik mijn lief Ruud en mopjes Loeki en Fiep elke dag en praat iedereen hier Chinees, thuis bij Sanne en de BB’s is gewoon thuis bij Sanne en de BB’s.

Arf, doe mij nog maar zo’n visje (zei de zeeleeuw).


Geen opmerkingen:

Een reactie posten